Dit is een uittreksel die letterlijk is overgenomen uit de handleiding loonbelasting,
premie volksverzekering en premies werknemersverzekeringen 2002.

Print deze pagina af en overleg jem aan uw administrateur, hij kan u verder helpen.


Deze uitgeven wordt elk jaar toegezonden aan alle werkgevers en is

Eventueel op verzoek op te vragen bij de Belastingdienst.


Het betreft hier bladzijde 146

 

 

18.3.4 Fiets voor woon‑werkverkeer

Als u aan een werknemer voor woon‑werkverkeer een fiets verstrekt en de

werknemer eigenaar wordt van de fiets, moet u daarvoor een bedrag bij het loon

tellen. De waarde van deze verstrekking wordt gesteld op  €  68, als de

catalogusprijs van de fiets niet hoger is dan  € 749 (inclusief BTW) en de                

verstrekking niet vaker dan eens in de drie jaar plaatsvindt. Ook fietsen met een                        

catalogusprijs van meer dan € 749 vallen onder de regeling. Van de eerste € 749           

is € 68 loon. Voorzover de waarde in het economisch verkeer van de fiets hoger

is dan € 749, moet u het meerdere ook bij het loon tellen. De fietsregeling kan

ook worden toegepast voor een fiets met elektrische trapondersteuning.


Als een fiets die u voor woon‑werkverkeer ter beschikking stelt, uw eigendom

blijft, geldt dat u voor een fiets met een catalogusprijs tot € 749 niets bij het

loon hoeft te tellen. Ook deze regeling mag u eens in de drie jaar toepassen. Als

de catalogusprijs van de fiets hoger is dan € 749, moet u de waarde van het

privι‑gebruik tot het loon rekenen.

Als de werknemer zelf een fiets koopt voor het woon-werkverkeer, kunt u de

aankoopprijs van de fiets verminderd met een bedrag van € 68 belastingvrij

vergoeden. Voorwaarden voor deze belastingvrije vergoeding zijn:

‑ de catalogusprijs van de fiets is niet hoger dan € 749 (inclusief BTW);

‑ in de drie voorafgaande jaren heeft u geen fiets verstrekt, ter beschikking

   gesteld of vergoed.

In alle andere gevallen is de vergoeding van de aankoopprijs van de fiets volledig

belast.

 

Let op!

 

Als u een fiets ter beschikking stelt begint de termijn waarna u opnieuw van de regeling gebruik
 kunt maken op het moment van de eerste terbeschikkingstelling van de fiets.
Als u de aanschafkosten van een fiets gaandeweg vergoedt begint de termijn bij de eerste deelvergoeding.

 

U kunt met de fiets samenhangende zaken tot een bedrag van € 250 per drie jaren
belasting en premievrij vergoeden. Voorwaarde is dat het moet gaan om zaken
die bij uitstek bij woon-werkverkeer op de fiets van pas komen.
Voorbeelden zijn de benodigde reparaties, een extra slot, een steun voor de aktetas en het regenpak
dat praktisch alleen op de fiets wordt gebruikt. Zaken die normaal ook zonder de fiets worden gebruikt
(zoals warme kleding) kunnen niet belasting en premievrij worden vergoed of verstrekt.

 

146              HANDLEIDING LOONBELASTING, PREMIE VOLKSVERZEKERINGEN EN PREMIES WERKNEMERSVERZEKERINGEN 2002